Alberto Morillas is voornamelijk zelfonderwezen en begon op 20-jarige leeftijd in de parfumerie, geïnspireerd door een artikel in Vogue over de Franse parfumeur Jean-Paul Guerlain. Hij trad in 1970 in dienst bij de Zwitserse geur- en smaakstofonderneming Firmenich en heeft sindsdien bijna 7000 parfums gemaakt. Hij vestigde zichzelf met zijn schepping Must de Cartier uit 1975, het eerste parfum van de juwelenonderneming.

Een van de opvallende scheppingen van Morillas is CK One, ontwikkeld met Harry Fremont in 1994 voor het modehuis Calvin Klein. In de jaren 90 had CK One jaarlijkse verkoopcijfers van ongeveer $90 miljoen en in 2007 verkocht het nog steeds ongeveer $30 miljoen per jaar in de Verenigde Staten. In "Perfumes: The Guide" gaf Luca Turin CK One vier van de vijf sterren en beschreef het als een "stralende citrusgeur" die "zeepachtige, frisse topnoten" combineert met hart- en basisnoten tegelijkertijd, wat een lineair effect creëert waarbij de geur één "akkoord" handhaaft in plaats van de geur te veranderen tijdens de dag. Het wordt vaak beschouwd als het eerste "unisex" parfum (hoewel historici opmerken dat het verdelen van parfums op basis van geslacht zelf een relatieve nieuwigheid is, een ontwikkeling van de marketingtechnieken van de 20e eeuw).

Andere projecten: In 1997 begonnen Morillas en zijn vrouw een lijn geurstokjes genaamd Mizensir, die uitgebreid is tot 80 verschillende geurstokjes. In 2015 breidde Morillas het merk uit met 17 parfums. In samenwerking met Penhaligon's heeft Morillas ook een op maat gemaakte parfumerieservice genaamd Bespoke by Alberto Morillas, gevestigd in het Salon de Parfum in het warenhuis Harrods in Londen.